Menselijke autonomie en vrijheid
Te allen tijde dienen de universele rechten van de mens te worden gehandhaafd. Ook in tijden van crisis. Dat betekent onder andere: het recht op een menswaardig bestaan, recht op vrijheid van meningsuiting, lichamelijke integriteit, goede gezondheidszorg en recht op vreedzame vereniging en vergadering.
Wat betreft een medische behandeling geldt artikel 5 van de Oviedo Conventie. Deze stelt dat geen enkele medische behandeling kan worden ingezet zonder toestemming (consent) van de persoon in kwestie waarbij die toestemming alleen maar kan worden gegeven indien die persoon vrijheid van denken heeft en volledig is geïnformeerd over de behandeling, de alternatieven en de bijwerkingen.
Voor het individu betekent dit dus ook zelf verantwoordelijkheid nemen voor het luisteren naar het lichaam en geest, en beslissingen nemen die rekening houden met de medemens. Dus bijvoorbeeld bij ziekte thuis blijven.
Autonomie betekent dat iedere patiënt een behandeling kan weigeren. Of het nu gaat om een vaccinatie, kunstmatige beademing, reanimatie, bestraling, bloedtransfusie, een levensverlengende operatie of anderzijds. Elke vorm van behandeling kan door een patiënt worden geweigerd. Het is van belang dat deze weigering wordt vastgelegd in het (elektronisch) patiëntdossier. Bij het maken van deze belangrijke keuzes, mogen niet veel praktische hindernissen worden opgeworpen. In lijn met hoger beschreven natuurhumanistische grondbeginselen moet een weigering om lijden te verlengen via technologie, in beginsel gerespecteerd worden.